Serendip – zoals Sri Lanka ooit heette – ligt aan de basis van het woord serendipity; Engels voor een onverwachte, aangename ontdekking. Dat klopt in dit geval, want Sri Lanka mag dan klein zijn, 22 miljoen inwoners op 336 vierkante kilometer, het heeft genoeg trekpleisters om een vakantie te vullen. Neem het landschap. Het druppelvormige eiland in de Indische Oceaan is grotendeels begroeid met weelderige tropenjungle. Die wordt zo nu en dan onderbroken door reusachtige rotspartijen en glooiende theeplantages. Dit moois wordt omkaderd door een 1300 kilometer lange kustlijn van goudgeel zand.
Aan dieren is hier geen tekort. In de 15 nationale parken wemelt het van de olifanten, apen en zelfs luipaarden en lippenberen. Maar ook voor cultuurliefhebbers is er in Sri Lanka genoeg te doen. Het land maakte al vroeg kennis met het boeddhisme, terwijl ook hindoeïsme er voet aan de grond heeft gekregen. Daardoor stuit je zelfs in het oerwoud op magistrale tempelcomplexen.